Aap, Noot, Afasie

Vanaf kinds af aan leer je te communiceren via taal. De spraakontwikkeling bij kinderen begint al vanaf het moment dat ze net geboren zijn. Baby’s reageren op geluiden en beginnen zelf geluiden en klanken te maken. Deze klanken worden daarna achter elkaar gezet en het worden de eerste woordjes. Kinderen leren de verschillende klanken door imitatie van de ouders (Praktijk voor Logopedie de Leyens, 2020).

Maar wat nou als je door niet-aangeboren hersenletsel een stoornis in het taalvermogen krijgt, waardoor het spreken, begrijpen, lezen of schrijven ineens een moeilijkheid is (Hersenstichting, 2019). Dit is mijn opa overkomen en heeft de stempel afasie gekregen. Als kleindochter ervaar ik de belemmeringen die mijn opa heeft tijdens het communiceren met anderen. Tijdens een vakantie met mijn gezin probeerde mijn opa een verhaal te vertellen, daarbij gebruikte hij constant het woord blazen. Als gezin begrepen wij niet wat hij bedoelde en in welke context wij blazen moesten plaatsen. Door vragen te stellen aan mijn opa, als gezin noemen wij dit ook wel hints, kwamen wij eruit dat hij met het woord blazen wind bedoelde. Dit heeft mij doen beseffen dat voor iemand zonder afasie het woord “blazen” makkelijk is om uit te spreken, maar dat iemand met afasie hier onwijs veel moeite mee kan hebben. Ik heb voor het onderwerp afasie gekozen om meer aandacht te geven aan datgene waar mensen met afasie elke dag mee worstelen.

Binnen deze opdracht wil ik afasie onder de aandacht brengen bij anderen. Het onderzoek zal daarom extra relevant zijn voor naasten van een afasiepatiënt, maar ook voor de rest van Nederland. Mijn doel met dit project is om meer aandacht te krijgen voor afasie. Er zal een kijkje genomen worden in de hersenen van iemand met afasie. Wat zijn de gevolgen, onzekerheden en impact van afasie.

 

Context

Overal om ons heen wordt gebruik gemaakt van mondelinge communicatie, waarbij hardop gebruik gemaakt wordt van woorden, geluiden en uitdrukkingen om een boodschap over te brengen. Een persoon met afasie heeft moeite met mondelinge communicatie, wat een van de belangrijkste communicatiemiddelen is in de samenleving (Hersenstichting, 2019). Praten is zo vanzelfsprekend dat er naar mijn idee nog wel eens wordt vergeten dat er ook mensen zijn die hier moeite mee hebben. Ik wil gedurende dit project meer inzicht krijgen in het hoofd van iemand met Afasie en wat een persoon met Afasie ervaart als hij of zij een woord anders benoemen dan zij bedoelen.

Hierbij heb ik de volgende onderzoeksvragen opgesteld:

Hoofdvraag: Wat ervaart een persoon met afasie wanneer hij of zij het tegenovergestelde woord benoemt dan hij of zij bedoelt?

Deelvragen:

Welke obstakels komt een persoon met afasie tegen, binnen de communicatie met anderen?

Hoe handelt een persoon met afasie als hij of zij niet begrepen wordt?

Wat betekent het voor de mondelinge communicatie als de sprekers elkaar niet begrijpen?

 

Methode

Dit project zal ik starten door onderzoek te doen naar afasie, hierbij zal ik dieper ingaan op één van de vier vormen van afasie, namelijk amnestische afasie. Bij mensen met een amnestische afasie heeft de persoon woordvindingsproblemen. Hij/zij weet het woord wel, maar kan er niet opkomen. Een persoon met amnestische afasie weet de betekenis van woorden wel, maar kan dit niet altijd benoemen. Om dat te compenseren maken ze tekeningen of gebaren om zich duidelijk te maken (Patiëntenvereniging Hersenletsel, 2020). Om meer informatie vanuit specialisten te verkrijgen zal ik contact opnemen met een neurochirurg en een logopediste die gespecialiseerd is in afasie.

Afasie is een taalstoornis als gevolg van niet-aangeboren hersenletsel. Dit heeft invloed op de persoon met afasie. Voor het hersenletsel communiceert de persoon net zoals ieder ander, maar van de een op andere dag wordt de communicatie beperkt. Door middel van interviews met mensen die afasie hebben en naasten van die persoon wil ik een beeld schetsen van wat afasie betekent voor hen en wat zij ervaren. Daarbij wil ik verschillende taaltesten uitvoeren. Dit zal ik doen door middel van woorden en plaatjes. Het doel van deze onderzoekjes zijn om een beter zicht te krijgen op wat een persoon met afasie wel en niet kan benoemen en welke woordenwisselingen zij maken.

Al de verkregen informatie wil ik uiteindelijk verbeelden in een object. Om mensen bewust te maken van ervaringen die een persoon met afasie ervaart vind ik het belangrijk dat het object fysiek aanwezig is zodat er omheen gelopen kan worden en het bestudeerd kan worden. Op deze manier zal het object meer dimensie krijgen.

Gedurende het gehele proces zal ik werk voorleggen bij verschillende personen. Dit zullen studenten, docenten en experts zijn. Ik zal hen vragen om feedback, dit soort momenten zullen mij nieuwe inzichten geven waardoor ik mijn beeld of object verder kan itereren.

 

Verwachting

Gedurende dit proces verwacht ik dat personen met afasie veel moeite ervaren met hun stoornis, wat zich uit in het minder durven communiceren met anderen. Daarbij denk ik dat het voor personen met afasie lastig is om met andere te communiceren, wat kan voelen als hopeloos, oneerlijk en machteloos.

Het onderzoek zal ervoor zorgen dat ik buiten de kaders zal denken. Hierbij zal ik mijzelf blijven uitdagen om verder te denken dan het aannemelijke. Gedurende dit project zal ik mij blijven uitdagen door mijzelf te vragen:

  • Wat is er nog meer mogelijk?
  • Hoe kan ik dit schets/beeld/object verder itereren?
  • Welke informatie heb ik nodig om een sterk en duidelijk beeld te creëren wat een weerspiegeling is van amnestische afasie.

Deze vragen zullen ervoor zorgen dat ik een onderzoekende houding heb, wat uiteindelijk ten goede zal komen voor mijn eindproduct.

 

Bronnenlijst

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *