Concept diary: van anti-design tot karton

Inleiding:

Anti-design. Ik vind producten en uitingen interessant als ze net iets anders zijn. Toen ik voorbeelden ging opzoeken van anti-design was het precies dat. Anti-design is een stroming die volgens de geschiedenis niet meer bestaat. Waarom mensen hun werk nu dan anti-design noemen intrigeerde mij. Maar wat is de hedendaagse definitie van anti-design en bestaat dit nog wel? Dat wilde ik onderzoeken. Ik ben gaan kijken naar verschillende definities van anti-design en heb hiermee geëxperimenteerd.

Samenvatting:

Anti-design is een stroming binnen de architectuur die uit Italië komt. Het was een tegengeluid op het modernisme en de regels die daarbij hoorde. Deze stroming bestond van 1966 tot 1980 (Moffat, 2011). Maar designs worden nu nog steeds anti-design genoemd. Mijn interpretatie van deze hedendaagse definitie wil ik presenteren. Ik heb deze definitie onderzocht aan de hand van theorie, maar meer door middel van experimenten.  Ik heb me op 2 manieren beziggehouden met anti-design.

  1. Door te kijken naar vormgeving die ik haat, dit te analyseren en daarmee te experimenteren.
  2. Door in de design-filosofie van verschillende designers te duiken en daarmee te experimenteren.

Met de uitkomsten van deze experimenten ben ik elke keer gaan itereren op mijn hedendaagse definitie van anti-design.

Uiteindelijk ben ik bij kartonnen stoelen geëindigd. Omdat anti-design voor mij vooral draait om een statement maken in een uiting die onconventioneel is. Deze weg naar de kartonnen stoelen zal ik toelichten door middel van deze post.

Hoofdvraag:

Wat is mijn definitie van anti-design?

Deelvragen:

  • Wat zijn de aspecten van anti-design, zijn die er wel?
  • Waar ben ik tegen in design? Waar zou ik een tegengeluid hebben?
  • Wat betekend anti-design in de geschiedenis?
  • Wat verstaat men onder anti-design?

Methode en aanpak:

De eerste stappen waren gericht op deskresearch en analyseren. Deze uitkomsten heb ik uitgewerkt in verschillende vormen van media.

Pitch en eerste definitie:

Om een beter beeld te krijgen van wat ik versta onder anti-design heb ik een poster gemaakt in de stijl.

Anti-design pitch poster

Op deze manier maak je het onderwerp ook beter bespreekbaar en is het gelijk duidelijk wat ik onder de stijl versta.

Ik heb een anti-design poster geanalyseerd. Ik wilde de aspecten van anti-design (in vormgeven) beter begrijpen.

Analyse – poster

Ik verstond op dit moment onder anti-design:

Een stijl waarbij het gaat om interesse wekken en een gevoel overbrengen i.p.v. een uiting maken die voor iedereen duidelijk is.

Reflectie:

Ik had nog geen correct beeld van anti-design. De voorbeelden kwamen vooral vanuit grafisch vormgeven. Terwijl anti-design van origine een stroming in de architectuur was. Als ik meer had opgezocht van de betekenis was dit meteen duidelijk geweest.

Breder kijken:

Ik heb mijn onderzoek voortgezet. En mijn visie verbreed door naar andere vormen van design te kijken.

Daarbij ben ik begonnen met een mindmap van de definitie:

 

Mindmap over anti-design

Ik ben voorbeelden gaan zoeken van antidesign. Dit beeld heb ik verwerkt in een interactief spelletje via P5js (visueel codeer programma). En geïtereerd op mijn definitie van anti-design.

Link spel: https://editor.p5js.org/season/present/l2Aylv30L

 

Preview van p5js spelletje

Reflectie:

Ik heb p5js onderschat. Ik had eerder moeten stoppen en op een andere manier mijn uiting moeten maken.

De lijnen lopen niet naar de juiste nummers. De bedoeling was dat je 2 niet voor 1 kon openen, een buzzer als je het verkeerd deed en dat er uitleg afspeelde bij de afbeelding en titel die je opent. Dit is mislukt.

Ik heb niet genoeg kennis van code om zoiets te maken en ik kon op het moment ook niemand vinden die me hierbij kon helpen. Ik wilde het spelletje zo ongemakkelijk mogelijk vormgeven.

Wel heb ik geïtereerd op de betekenis van anti-design.

Iteratie op mijn definitie van anti-design:

  • Een uiting maken die met opzet anders werkt
  • Een medium of materiaal gebruiken wat traditioneel niet daarvoor wordt gebruikt.
  • Een manier om een uiting persoonlijk te maken en leven te geven.
  • Interesse kweken door abstract te blijven.
  • Anti- de norm. Geen zakelijke stijl.

De haat collectie:

Op basis van feedback ben ik gaan kijken naar designs die ik lelijk vind.

Ik ben gaan zoeken naar aspecten in grafisch vormgeven die ik haat. Dit beeld heb ik verzameld in de vorm van een collage en vervolgens omgezet in een poster.

De collage:

Soms werkt deze link niet. Graag met de middelste muisknop op drukken.

haat

De poster:

Poster met elementen die ik haat binnen design.

Reflectie:

Ik heb hiermee geen iteratie kunnen maken op mijn definitie van anti-design. Wat er uit kwam was vooral een hele lelijke poster die je in het alledaagse leven ook niet tegen zou komen.

Iteratie op mijn betekenis:

De essentie van anti-design draait niet om ‘’lelijke’’ dingen maken.

Anti-design is vanuit de geschiedenis een tegengeluid op designs waar designers het niet mee eens zijn. Dit ben ik gaan doen. Ik heb een van de onderwerpen gekozen om te verbeteren (Big Tech stijl). Hierbij heb ik een proces doorlopen van moodboards, analyseren, schetsen, uitwerken.

 

Moodboard – Big Tech
Analyse van wat ik haat aan de zakelijke art style
Uitwerking

Reflectie:

Mijn plan was om een design te verbeteren. Mijn uitwerking daarvan was niet wat ik verwachtte. Dit was een goede stap omdat ik erachter kwam wat anti-design niet voor mij betekende. Hiermee kon ik een iteratie maken op de definitie.

Iteratie op mijn betekenis:

Anti-design gaat in zijn origine om het tegengeluid. Maar bij een stijl in vormgeving is dit lastig. Daarbij gaat het meer om de toepassing ervan gaat dan om de stijl. Anti-design is dus niet wat ik hier heb gedaan.  Het zou wel anti-design zijn als Facebook hun stijl verandert naar grunge, omdat ze daarmee een statement maken dat het tijdperk van de Big Tech Art Style voorbij is. De context is cruciaal.

Designfilosofieën:

Mik:

Ik heb naar verschillende designers gekeken en met hun filosofieën geëxperimenteerd.

Een daarvan was Mik Bakker (Bakker, 2020). Ik heb een gesprek met haar gehad over haar project en designfilosofie. Ik wilde de intentie en uitwerking beter begrijpen.

Haar kijk op design is dat het uniek moet zijn. En het ook een projectie is van hoe een designer naar een object kijkt. We kijken allemaal anders naar een object en daarom MOET het niet een bepaalde vorm te hebben. Een stoel hoeft bijvoorbeeld geen 4 poten te hebben.

Design moet volgens haar bespreekbaar zijn. En dat kun je doen door er bijvoorbeeld een vorm van humor in te stoppen.

Met deze filosofie ben ik een eigen experiment gaan doen. Een ontwerp maken waarmee zonder afspraak op bezoek gaan bevorderd wordt. Mijn proces is hier te zien:

 

Mindmap evt. oplossingen
Schetsen van designs

Reflectie:

Het experiment met de filosofie was interessant. Ik heb hiermee geprobeerd een taboe bespreekbaar te maken. Met dit experiment heb ik kunnen itereren op mijn definitie van anti-design. Ik had op dat moment mijn onderwerp al specifieker kunnen maken.

Iteratie op mijn definitie van anti-design:

Ik kwam er achter dat anti-design ook gebruikt wordt om iets bespreekbaar te maken. Door een vorm van humor of tegenstrijdige aspecten in je design te stoppen kun je de lading van onderwerpen verminderen.

Je maakt hiermee een statement. Dit is een aspect wat vaak terugkomt in anti-design.

Jarle:

Ik ben in de filosofie van een andere designer gedoken die zich bezighoudt met het hergebruiken van afval in design.

Ik heb een interview met de designer gelezen, zijn site bezocht (Jarle, z.d.), afval (karton) verzameld voor mijn experiment, afval gescand om op te schetsen, geschetst een technische tekening gemaakt en het product uitgewerkt.

Mijn statement is dat we het karton om ons heen kunnen hergebruiken.

 

 

(semi) technische tekening

Reflectie & Iteratie op mijn betekenis van anti-design.

Dit experiment was interessant. Ik heb een stoeltje gemaakt van karton en hierbij een creatiever proces doorlopen dan ik normaal doe. Het is leuk om nieuwe manieren te vinden om ideeën te genereren, zoals met koffievlekken of afval scannen en daar overheen te schetsen. Ik had op dit moment scherp wat mijn definitie was van anti-design:

Een statement maken in een onconventionele vorm zodat het meer aandacht trekt.

Toen ben ik mij compleet gaan richten op afval (karton) hergebruiken in de vorm van stoelen.

Mijn statement:

Iedereen heeft veel karton thuis, je kan dit ‘’afval’’ ook hergebruiken en een functie geven. Ik doe het in de vorm van een stoel, maar er zijn talloze mogelijkheden. Experimenteer er mee.

Ik ben onderzoek gaan doen naar kartonnen stoelen. En heb daarbij ook stilgestaan bij ‘’Japanese Joinery’’. Door middel van een mini-documentaire en voorbeelden op internet.

 

Moodboard Japanese joinery
Moodboard kartonnen stoelen

Ik heb 12 stoeltjes gemaakt en wat experimentjes gedaan. Met als uitgangspunt de manieren waarop je structuur en stevigheid kan geven aan een kartonnen stoel.

Reflectie:

Doordat ik veel heb gemaakt kun je zien wat wel en niet werkt. Toen ik de stoeltjes presenteerde op school bleek het voorbeeld dat totaal niet werkte het interessantst was. Dit sluit goed aan op mijn onderwerp. Een niet functionerende stoel bevat meerdere aspecten van anti-design:

  • De functie wordt uitgelicht.
  • Het is een statement.
  • Er zit een vorm van humor in.
  • Het gebruik van afval in design (statement) wordt bespreekbaar gemaakt.

De expositie:

Voor de eindexpositie wil ik een iteratie maken op de niet werkende stoel. Deze groot maken om hem te presenteren. En bouwpakketjes maken voor de miniatuurversie van de stoel.

Ik wil de bezoeker hiermee na laten denken over ‘’De verborgen functionaliteiten van afval.’’.

De niet functionerende stoel (1e versie)

In de week naar de expositie toe heb ik toch besloten om mij meer te focussen op de functie van het karton, en daarbij de mogelijkheden uit te lichten in de vorm van stoelen. Dit zag er zo uit:

Aanleiding tot voortzet project:

Voor het vervolg van mijn seminar project heb ik eerst een feedbacksessie bijgewoond met de docenten.
Bij deze feedback werden er een aantal punten duidelijk:

1. Mijn eindproduct was te eenvoudig en stond haaks tegenover mijn definitie van anti-design.
2. Ik heb niet genoeg bronnen/referentie bekeken.
3. Ik heb geen reflectiemodel toegepast waardoor mijn reflectiemomenten oppervlakkig waren.

Met deze feedback ben ik met mijn project verdergegaan van het punt waar ik besloot mijn eindproduct te maken. Want daar heb ik deze fouten gemaakt.

Ik ben begonnen met de bronnen, om meer referentiemateriaal te vergaren om zo tot een beter
Eindproduct te komen. Bij het onderzoek ben ik eerst specifiekere voorbeelden gaan zoeken en daar een stukje bij gaan schrijven. Vervolgens ben ik voorbeelden gaan verzamelen met een korte toelichting.

Onderzoek naar bronnen en referentiemateriaal:

‘’TORNERAJ’’ stoel van Ceretti / Derossi en Rosso (1971).

 

 

 

 

Het eerste voorbeeld wat mij aansprak is de ‘’TORNERAJ’’ stoel van Ceretti/ Derossi en Rosso (1971).

De functie die de designers bij deze stoel wilde uitlichten is het gevoel van een nieuwe stoel. Een stoel die voor iedereen nieuw voelt.
De stoel heeft namelijk twee gaten aan beide kanten waar lucht uit kan ontsnappen. Waardoor de stoel voor iedereen ook anders zal vormen. Hiermee zorgen de ontwerpers ervoor dat de stoel altijd voelt alsof je er voor het eerst in zit. Dit is een interessant voorbeeld omdat de functie van het ontwerpen ook een onconventioneel uitgangspunt heeft. Iets wat oud wordt altijd nieuw laten voelen.

 

Deze stoel is van Sivan Health & Fitness (2021)

Ik vond dit design onbedoeld antidesign en komisch. De reden daarvoor is dat een balans bal een balans bal heet omdat je erop moet balanceren.

Doordat je de hele tijd aan het balanceren bent train je de core spieren van je lichaam. Nu heeft Sivan een stoel gemaakt wat een balans bal is. Maar de bal wordt gebalanceerd op het frame van de stoel.
En er zit een rugleuning bij waardoor je heel je core niet meer hoeft te gebruiken. Dit vond ik een heel leuk en goed voorbeeld, omdat de functie weggevaagd wordt door over ontwerpen.

Deze sleutel is gemaakt door (Arkoun, z.d.). Katerina Arkoun is een deisgner die alleen maar oncomfortabele producten ontwerpt. Ze maakt deze producten deels omdat ze het ‘’gewoon leuk vindt’’ maar er zit ook een diepere betekenis in.

Een statement, toen Katerina productontwerp studeerde merkte ze dat de gebruikerservaring altijd bovenaan moet staan. Maar toch zag ze om zich heen dat er allemaal producten ‘‘over’’ ontwerpt werden.
Zo veel dat de essentie van het product soms verloren gaat. Haar statement bij haar werk is dan ook dat je niet moet ‘‘overontwerpen’’.

Een product heeft een functie en die functie moet werken. Verder moet de gebruikerservaring in orde zijn, maar er moet niet te veel over nagedacht worden want dat kan het product juist tegenwerken. Dit laat ze zien door juist die essentiële functie van het object moeilijk te maken. Dat zie je bij deze sleutel en ook onbedoeld bij het vorige voorbeeld van Sivan.

 

Het volgende voorbeeld komt van Joe Colombo (1969).

Dit is een van de eerste modulaire stoelen. Het doel van deze stoel was om een voor altijd hedendaags ontwerp te maken (toekomstbestendig). Dat past bij de behoefte van de gebruiker. De stoel wordt samengehouden door metalen ringen en is dus volledig modulair. Dit is voor mij een van de meest indrukwekkende ontwerpen aangezien het er vandaag de dag nog steeds supermodern uitziet en werkt. Om zoiets te verzinnen en maken moet je een onwijs goede designer zijn.

Conclusie/reflectie van onderzoek naar bronnen en referentiemateriaal:

Vanuit het onderzoek ben ik veel mooie interessante voorbeelden tegengekomen. Sommige van deze ontwerpen vragen zich af wat een stoel een stoel maakt. Of wat de context van ‘‘stoel’’ is. Anderen gebruiken de stoel als medium voor hun statement. Door een aparte vorm te geven aan de stoel of een apart materiaal te gebruiken. Ook zijn er parodieën en referenties naar bekende stoelen.

Het voorbeeld wat mij het meeste aansprak was de stoel die naar de curvy vrouw gevormd was.

Zoals ik eerder in mijn concept diary aangaf zijn er een aantal punten die een stoel die op een antidesign manier ontworpen wordt kan hebben:

De functie wordt uitgelicht.
Het is een statement.
Dat statement wordt bespreekbaar gemaakt.
Er zit een vorm van humor in.

De volgende stap: werken richting de expositie.

Met de bovenstaande punten en het voorbeeld ben ik na gaan denken over wat ik zou kunnen doen voor de expositie. Ik wilde een statement maken.

Ik heb nagedacht over het statement wat ik wilde maken. Ik kwam op de verschillende blikken die wij als mensen kunnen hebben op karton gebruiken als materiaal voor een stoel.

Daarvoor wilde ik eerst meer weten over emoties en hoe wij die uiten als mensen. Aangezien ik mijn stoelen wilde vormen naar een bepaalde emotie. Hierover heb ik een onderzoek gedaan.

Onderzoek naar hoe wij emoties uitten.

Ik ben gaan kijken naar 3 emoties en hoe wij die uiten:

Agressie/boosheid.
Blijheid/vrolijkheid.
Verdriet/terughoudend.

Aggressie:
Getuite lippen zijn een van de tekenen van agressie. Je ziet het meer bij kleine kinderen maar het betekent dat iemand iets probeert binnen te houden. Diegene wil eigenlijk iets zeggen maar weerhoud zichzelf ervan.

Fronsende wenkbrauwen is iets wat wel vaak opvalt bij mensen die boos zijn. Dit doen sommige mensen automatisch als een soort defensief mechanisme. Om te weerstaan wat je kant op komt.

Geen rekening houden met persoonlijke ruimte. Mensen die agressief zijn vallen vaak de persoonlijke ruimte binnen van de persoon waar ze boos op zijn. Dit gaat samen met het aanraken van de persoon. Dit is een teken dat de agressor niet bang is voor de persoon waar hij/zij boos op is.

Rood worden. Als je boos wordt gaat je bloeddruk omhoog. Waardoor mensen rood worden.
Opeengeklemde kaak. Als we boos zijn worden we gespannen en spannen we ons lichaam aan.

Een agressieve lichaamshouding. Als we boos worden zijn we geneigd om ons zo groot mogelijk te maken. Om intimiderend over te komen voorbeelden hiervan zijn:

• Met de benen wijder gaan staan.
• Schouders uitzetten.
• Kin omhoog.
• Armen op de zij of naast het lichaam in een boog.

Blijheid:
Als een persoon zijn/haar hoofd een klein beetje schuin houdt tijdens het luisteren is het een teken dat de persoon geïnteresseerd is in het gesprek wat gevoerd wordt of in ieder geval met interesse luistert.
De handen tegen elkaar wrijven is een teken van opwinding. De persoon heeft zin in wat er gaat gebeuren.

Direct oogcontact. Laat zien dat je zelfverzekerd bent en dat je de persoon waar tegen jij praat vertrouwd. Een teken van positiviteit.

Bij een blije lichaamshouding zijn de ogen vaak een beetje dichtgeknepen en zijn rimpels naast de ogen te zien. Ook zie je vaak een brede lach en laat de persoon zijn tanden zien.

Een recht postuur met de schouders rustend. Dit laat zien dat de persoon zich op zijn gemak voelt. Hij/zij is relaxed en zelfverzekerd.

De armen omhoog laat vaak ook een viering zien of gejuich. Een teken van blijheid.

Verdriet:

Hangende ogen is een van de tekens van verdriet. De oogleden zien er los uit en hangen naar beneden.

De persoon zijn ogen zijn niet gefocust maar de persoon kijkt naar het niets.

De mond is naar beneden gebogen. De hoeken van de mond staan naar beneden.

De wenkbrauwen zijn ook gebogen en staan dichter bij elkaar.

De persoon kijkt vaak met zijn hoofd naar beneden en ziet er neergeslagen uit.

De schouders hangen naar beneden en lopen met een gebogen rug.

Vaak is de ademhaling van verdrietige mensen ook sneller.

Schetsen en prototypes:

Na het onderzoek naar emotie ben ik schetsen gaan maken voor de stoelen die ik wilde maken voor de expositie. Ik wilde een nadruk leggen op de emoties en ben daarom met het onderzoek in mijn hoofd gaan schetsen en heb ik ook notities gemaakt bij de schetsen.

Na het schetsen ben ik 3 van de schetsen gaan uitwerken in lofi protototypes. Zodat het eindproduct niet gelijk vast stond en ik na feedback ook makkelijk een hele andere versie kon maken.

Feedback:

Ik heb vervolgens feedback gevraagd aan Fleur Dietz, ze is recentelijk afgestudeerd aan de Willem de Kooning. Met een bachelor in Fine Arts. Ik heb gevraagd naar de emoties. Of ze de emoties erin kon
Herkennen en of ze nog aanvullingen had om het nog duidelijker over te laten komen.

Ze vertelde me dat de vrolijke verwelkomende stoel er meer als een relaxende stoel uitzag die het allemaal niks uitmaakt wat erom zich heen gebeurt. Het was bij die stoel de bedoeling dat hij er meer verwelkomend uit zag. Ze vertelde me dat ik de handen beter omhoog kon doen alsof hij om een knuffel vraagt. En de poten iets hoger te zetten zodat hij er ook meer uitzag alsof je erop kan zitten.

Over de agressieve/boze stoel vertelde ze me dat de poten nog massiever konden zodat hij prominenter aanwezig was in de scene. En de zitting van de stoel vond ze te recht. Als het meer een confronterende stoel moest zijn die agressief over moest komen kon ik de zitting beter naar voren richten. Zodat hij meer de persoonlijke ruimte binnendringt en agressiever over komt.

Ik kon me goed vinden in alle feedback die ik gekregen had. Met deze feedback ben ik richting de
eindproducten gaan werken.

Kleur:

Terwijl ik bezig was met de 3 stoelen keek ik terug naar de prototypes en daar zat een duidelijk verschil in: de kleur. Ik ben voor het eindproduct aan de slag gegaan met blanco karton. Maar bij de prototypes vond ik de stippels bijvoorbeeld erg passend bij de vrolijke verwelkomende stoel. En het zwarte bij de verdrietige.

Daarom ben ik naar kleurenpsychologie (Infoteur, 2016) gaan kijken. Omdat ik ook wilde dat het eindresultaat opviel. Ik heb besloten om de stoelen in felle kleuren te maken. Zodat ze opvallen. Maar ook om de emotie beter over te laten komen.

De vrolijke verwelkomende stoel is blauw geworden. Blauw staat namelijk voor zekerheid, doelen bereiken, vertrouwen/loyaliteit, toekomstgericht en naar buiten gericht.

De terughoudende/verdrietige stoel is geel/groen geworden. Omdat dit staat voor naar binnen gericht/ Introvert, wachtend op bewijsbare waarheid, selectief en moeilijk loslaten van het oude.

En de agressieve boze stoel is rood geworden omdat dit staat voor: Ik gericht, strijdlustig, kwetsend, passie, haat en wraakgevoelens en manische neigingen.

Het eindresultaat:

Dit zijn uiteindelijk de 3 stoelen geworden. Zoals ik eerder al vermelde wil ik 3 verschillende blikken op karton laten zien met deze stoelen.

De rode agressieve verwaarloosd de kansen van karton. Hij is van mening dat karton geen materiaal voor meubilair is en vind dat het alleen voor dozen gebruikt moet worden. Als het buiten die context gebruikt wordt is het meer iets voor in een kunstwinkel en hij accepteert het niet als legitiem materiaal om in zijn huishouden te gebruiken.

De gele stoel die zich verbergt en verdrietig is staat in het midden. Hij wil er niks mee te maken hebben en wilt gewoon met rust gelaten worden. Hij heeft geen baat bij karton. Het interesseert hem niet wat er mee gebeurt. Wie er iets mee maakt en als het gebruikt wordt moeten ze het lekker zelf weten.

Aan de rechterkant is de vrolijke blauwe stoel te zien. Hij verwelkomt het karton en ziet de mogelijkheden van het materiaal. Hij is toekomstgericht en ziet zichzelf wel met kartonnen meubilair zitten in zijn woonkamer. Hij is open minded en ziet meer kansen dan problemen.

Tijdens de expositie op school werd er bij een van de studenten verteld dat een expositie succesvol is als er over het werk gepraat wordt en in sommige gevallen zelfs discussie ontstaat.

Mijn statement was dat karton verschillende toepassingen had en dat liet ik zien in de vorm van de stoelen. Dit liep niet in lijn met mijn definitie van antidesign. Dit heb ik geprobeerd bij dit eindwerk toe te passen.

Mijn statement, wat ook de functie is gaat hierbij dan ook meer om het praten over de mogelijkheden van het materiaal. En erachter komen waardoor mensen op verschillende manieren naar het materiaal kijken. Waar ligt dat aan, en welke stoel ben jij in het verhaal? Het moet dienstdoen als een aanleiding tot een gesprek. Doormiddel van het komische aspect van de emoties en het statement wat bij het werk hoort, is dit een vorm van mijn definitie van antidesign.

Close-ups en toelichting:

De rode boze agressieve stoel heb ik expres ruw vormgegeven. Hij moest groot neerkijkend en intimiderend zijn. Dit heb ik gedaan door hem een agressieve lichaamstaal te geven en stevige massieve poten. Hij buigt naar voren alsof hij de strijd in rent en is ook ruw geverfd door met de kwast te deppen en op sommige plekken te veel verf aan te brengen waar door er meer textuur ontstaat.

De gele verdrietige/neergeslagen stoel verbergt zichzelf, hij zit op de grond. Is terughoudend en houd zijn handen voor zijn oren. Hij wil niks van het verhaal horen en is geïntimideerd door de andere twee die een mening hebben. Daarom verbergt hij zich en probeert hij zichzelf buiten de verschillende meningen te
houden. Ik heb deze stoel ook zachter geverfd. Met voorzichtige penseelstreken omdat hij een fragiel uiterlijk moet hebben.

De blauwe vrolijke verwelkomende stoel is zelfverzekerd, hij staat recht maar zijn schouders rusten. Hij heeft zijn armen open en verwelkomt je. Hij leunt een klein beetje naar achter omdat hij jou comfort wil geven en om te laten zien dat hij niet gespannen is. Ik heb hem zo egaal mogelijk geprobeerd te verven om kalmte en zelfverzekerdheid uit te stralen.

Reflectie via STARR-methode:

Situatie:

Ik ging voor mijn herkansing verder vanaf het punt dat ik bezig was met het naar de expositie toewerken.

De docenten, Fleur en ikzelf waren hierbij betrokken.

Dit speelde zich af vanuit huis.

Taak:

Mijn taak was het verbeteren van mijn expositie door dit onderdeel opnieuw te maken. In dit verhaal was ik de ontwerper.

Actie:

Ik ben eerst begonnen met de feedback aanhoren van de docenten. Hierbij heb ik aandachtig geluisterd en voor mijzelf de verbeterpunten opgeschreven.

Vervolgens ben ik bronnen en referentie gaan zoeken om een goede start te maken. Met dit onderzoek ben ik emoties gaan onderzoeken en de lichaamstaal die hierbij hoort.

Ik heb een nieuwe functie bedacht voor mijn project. Omdat ik daar zelf een betekenis aan kon geven i.p.v. dat een stoel alleen was om te zitten. Dit was voor mij om de stoelen als praat/discussiepunt neer te zetten.

Met deze nieuwgevonden functie ben ik gaan schetsen en prototypes gaan maken.

Deze prototypes heb ik voorgelegd aan iemand met een diploma in Fine Arts. De feedback die ik toen heb ontvangen heb ik gebruikt om tot een eindproduct te komen.

Resultaat:

Voor mij is het resultaat vooral dat ik de feedback die ik gekregen heb snap. Ik begrijp dat mijn vorige eindproduct niet aansloot bij het onderzoek wat ik daarvoor had gedaan. Dit heb ik nu verbeterd door de aspecten die ik als antidesign benoem terug te laten komen in mijn eindproduct.

In mijn omgeving vonden zagen ze de aspecten die ik als antidesign benoem ook terug in dit huidige eindproduct en ze vonden het ook een leuke manier van iets bespreekbaar maken. En dat het een aandachttrekkend product is wat niet oncomfortabel is of juist wegjaagt.

Reflectie:

Ik ben wel tevreden met het eindresultaat omdat ik snap wat ik hiervoor verkeerd heb gedaan en ik dat nu verbeterd heb.

Als ik iets anders aan zou pakken dan zal ik teruggaan naar het punt dat ik besloot om af te wijken van mijn definitie en het dan op deze manier aanpakken en groter. Ik moest de afgelopen weken nogal heen en weren door omstandigheden waardoor ik niet altijd toegang had tot materiaal en gereedschap.

Als ik iets anders zou aanpakken zou ik het dus groter maken in formaat. En zou ik waarschijnlijk een lasersnijder gebruikt hebben voor het eindproduct aangezien ik niet zo technisch ben.

APA bronvermelding:

Moffat, C. (2011, augustus). Anti-Design – The Art History Archive. Art history archive. http://www.arthistoryarchive.com/arthistory/antidesign/

Bakker, M. (2020, 5 maart). GHERRO. Instagram. https://www.instagram.com/p/B9Wn3zHBGsv/

Jarle. (z.d.). Jarle. Geraadpleegd op 1 mei 2021, van http://www.jarle.nl/

Margalit, L. (2014, 11 november). The Psychology Of Online Customization. TechCrunch. https://techcrunch.com/2014/11/11/the-rise-of-online-customization/?guccounter=1&guce_referrer=aHR0cHM6Ly93d3cuY3VzdG9tZXJ0YWxrLm5sLw&guce_referrer_sig=AQAAABb89Wiv1pgGOJr2OJHKQ8MjmdVujuqSw1dITZ2t8iGJ_HDW1aL7vyj4XusxUOOAASSbwkMaLs3bDWXeYR6hSpgQK8Xs9oUrJVAA6itOMp0-FMcXO3-LsOf0BLuVz7UN4L-Fzr_TzQEPIF1x7SOITtt_WWKybTwxk7433P-oKTM0

Arkoun, D. (z.d.). Katerina Kamprani. English | Metal Magazine. Geraadpleegd op 10 juli 2021, van https://metalmagazine.eu/en/post/interview/katerina-kamprani-design-to-frustrate

The MET. (z.d.). Joe Colombo Tube Chair. The MET Museum. Geraadpleegd op 10 juli 2021, van https://www.metmuseum.org/art/collection/search/484955

Infoteur. (2016, 13 december). Kleurenpsychologie – Betekenis van kleuren. InfoNu. https://mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/4051-kleurenpsychologie-betekenis-van-kleuren.html

Changing minds. (z.d.). Emotional Body Language. Geraadpleegd op 10 juli 2021, van http://changingminds.org/techniques/body/emotional_body.htm

Brown, B. T. (2014, 19 februari). Aggressive Body Language. Body Language Expert, Traci Brown. https://www.bodylanguagetrainer.com/aggressive-body-language/

Cherry, K. (2019, 28 september). How to Read Body Language and Facial Expressions. Verywell Mind. https://www.verywellmind.com/understand-body-language-and-facial-expressions-4147228

Meleen, M. (z.d.). Examples of Body Language: Recognize Nonverbal Cues. yourdictionary. Geraadpleegd op 10 juli 2021, van https://examples.yourdictionary.com/examples-of-body-language.html

Gje, A. (2021, 15 juni). Chairblog.eu – Chairs, Chair Design and Chair Designers. Chairblog.Eu. https://chairblog.eu/

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *